Waar is Ingrid Dubois en Trude wordt boos.
- Kylian Verhalenverteller
- 1 dag geleden
- 4 minuten om te lezen
De Roestige Brigade en de Wraak van de Fiesta
De lucht in het politiebureau trilde van een ongewone spanning.

Agenten renden heen en weer, papieren vlogen door de lucht en de telefoons rinkelden onophoudelijk. Midden in deze chaos stond Commissaris Greta van den Gevallenen, haar grijze krullen in de war en haar donkere ogen bliksemend van woede.
“TRUDE!” brulde ze, haar stem galmend door de ruimte.
Alle hoofden draaiden zich om, verbaasd. Het was altijd Ingrid Dubois, de Inspecteur van 113 ongelukken en veertien oplossingen, die de Commissaris het bloed onder de nagels vandaan haalde. Trude von Jugend, het jonge Duitse hulpje, was doorgaans een stille en efficiënte aanwezigheid.
Trude, gekleed in haar gebruikelijke leren jack, geel shirt, spijkerbroek en versleten gympen, kwam het kantoor van de Commissaris binnen met een vragende blik. "Ja, Commissaris?"
"Waar is Dubois?" vroeg Greta, haar stem scherp als een mes.
Trude haalde haar schouders op. "Geen idee, Commissaris. Ik heb haar vanochtend niet gezien."
Op dat moment werd de deur opengezwaaid en kwam Martin van Genlogen, Trudes vriendje, binnen. Zijn donkere haar zat in de war en zijn donkergroene, bijna bruine ogen waren groot van ongerustheid. Martin was loodgieter, maar bovenal een loyale vriend.
"Commissaris, Trude," zei hij hijgend, "Ik was de hond aan het uitlaten in het bos. Ik heb Inges Ford gevonden… verlaten. De deuren stonden open."
De Commissaris sloeg een hand voor haar mond. De chaos in het bureau bereikte een kookpunt. Ingrid Dubois, de gevreesde inspecteur, was vermist.
"Er zijn sporen van een worsteling", voegde Martin eraan toe, zijn stem nu trillend.
Greta sloeg met haar vuist op haar bureau. "Hakim! Ga onmiddellijk naar de locatie. Trude, laat zien wat je geleerd hebt."
Hakim de Groot, de excentrieke schouwarts, mompelde iets over "chaos en krentenbollen" terwijl hij zijn rode fez opzette en haastig vertrok in zijn groene corduroy pak.
Trude knikte, haar gezicht strak en vastberaden. Ze rende naar buiten en sprong in haar roestige maar perfect onderhouden metallic groene Ford Fiesta XR2i uit 1984. De Fiesta was haar trots, een liefdevol gerestaureerd monster in schaapskleren, uitgerust met verborgen blauwe zwaailampen in de grille en achterruit.
Op straat kregen de geruchten over de verdwijning van Ingrid Dubois al snel voet aan de grond. In de onderwereld heerste eerst opluchting. Dubois vast? De Ford Sierra in het bos? Misschien was er eindelijk een adempauze.
Maar die opluchting was van korte duur. Een diep, grommend geluid vulde de lucht. Een sirene, scheller en angstaanjagender dan ze ooit gehoord hadden, sneed door de stilte. Piet "De Kraai" Jansen, een oude rot in het vak, sidderde van angst. Hij herinnerde zich dat Dubois een leerling had, een stille, bescheiden jongedame. Maar Piet wist ook dat stil water diepe gronden had.
Jack "De Pin" De Vries, een crimineel die zich specialiseerde in het chanteren van mensen door hun geliefden te ontvoeren, lachte de waarschuwing van Piet weg. "Een kindermeisje? Wat kan die nou?"
Hij zou spijt krijgen van die woorden.
De grond beefde. Ingrid Dubois was ontvoerd, en ze hadden twee mensen boos gemaakt: Commissaris van den Gevallenen, wiens woede een legendarische status genoot – en Trude von Jugend.
Trude scheurde door de straten, de Fiesta brullend als een roofdier. Waar ze kwam, halveerde de criminaliteit. Kleine boeven werden tegen auto's gesmakt, zakkenrollers smeekten om genade en drugsdealers verstopten zich in de riolen. Trude was op oorlogspad, haar martial arts vaardigheden, die ze jarenlang in stilte had aangescherpt, werden met dodelijke precisie ingezet.
Ze verhoorde haar slachtoffers kort en bondig, haar Duitse accent dreigender dan ooit. De informatie die ze verzamelde, leidde haar naar een verlaten fabriek buiten de stad, een plek die haar onfrisse faam te danken had aan Jack "De Pin" De Vries.
Zonder waarschuwing ramde Trude haar Ford Fiesta vol gas door de verroeste poort van de fabriek. De Fiesta, een bliksemschicht van metallic groen, landde met een oorverdovende knal midden op de binnenplaats.
Jack "De Pin" De Vries, die net met een tevreden grijns een sigaar aan het opsteken was, keek verbijsterd op. Voordat hij kon reageren, stormde Trude op hem af. Met een reeks snelle, precieze bewegingen ontwapende en vloerde ze hem. Hij lag kreunend op de grond, zijn sigaar roerloos naast zijn hoofd.
"Waar is ze?" siste Trude, haar ogen vol woede.
Jack durfde niet te liegen. Hij wees naar een deur aan de achterkant van de fabriek. Trude rende de deur in en trof Ingrid Dubois vastgebonden aan een stoel aan. Ingrid, ongeschonden maar duidelijk geïrriteerd, keek op toen Trude binnenstormde.
"Duurde lang", zei Ingrid, haar rode krullen in de war. Ze had duidelijk een worsteling achter de rug.
Trude bevrijdde Ingrid onmiddellijk. Zonder een woord te zeggen bood Ingrid Trude een krentenbol aan uit haar jaszak. Trude pakte hem dankbaar aan.
Terug op het politiebureau heerste een sfeer van ongeloof. Niet alleen loste Ingrid Dubois zaken op met de snelheid van een trein, maar ook haar leerling, Trude, bleek een kracht te zijn om rekening mee te houden. De Commissaris schudde haar hoofd.
"Ongelofelijk", mompelde ze.
Hakim de Groot, die terugkeerde van de plaats delict, knipoogde naar Greta. "Welkom bij de Roestige Brigade", zei hij met een grijns, wijzend naar Trudes roestige metallic groene Ford Fiesta en Inges aftandse zilverblauwe Ford Sierra die naast elkaar op de parkeerplaats stonden.
Als een van die twee Fords hun kenmerkende geluiden liet horen, beefde de onderwereld. De criminelen hadden nu kennis gemaakt met de woede van Commissaris van den Gevallenen, de onvoorspelbaarheid van Ingrid Dubois en de dodelijke efficiëntie van Trude von Jugend. En ze wisten dat in de wereld van misdaad, boos zijn soms het beste wapen.
Comments