top of page
Zoeken

De Verdwenen Paaseieren en Inspecteur Ingrid Junior

  • Foto van schrijver: Kylian Verhalenverteller
    Kylian Verhalenverteller
  • 5 uur geleden
  • 3 minuten om te lezen


Het was een gewone, ongewone ochtend op het politiebureau. Agenten liepen af en aan,

telefoons rinkelde onophoudelijk en het aroma van sterke koffie vulde de lucht. Commissaris Greta van den Gevallenen zat achter haar bureau, geconcentreerd over een stapel rapporten, terwijl in de kantine de voorbereidingen voor het paasfeest in volle gang waren. Vandaag kwamen de kinderen van de politiemensen eieren zoeken in de tuin.


Plotseling werd de vrolijke bedrijvigheid bruut verstoord. Trude von Jugend, de jonge, energieke assistente, stoof de kantine binnen, haar gezicht vertrokken van paniek. "Help! Help!" riep ze met een lichte Duitse accent. "De eieren zijn weg!"


Commissaris Van den Gevallenen kwam onmiddellijk in actie, haar stoel achter zich omverwerpend. "De eieren weg? Wat bedoel je?" Haar strenge gezicht stond vol ongeloof.


De kinderen, geconcentreerd met het speuren van het paasfeest, raakten in paniek. Geen Pasen zonder eieren! Sommigen begonnen te huilen, hun kleine gezichtjes vertrokken van verdriet.


Op dat moment, alsof het script was geschreven door een chaotische godheid, knalde een deur open met een knal. Een kapstok stortte bovenop een nietsvermoedende agent neer, en daar verscheen ze: Inspecteur Ingrid Dubois. Ze had een lange, beige regenjas aan, een bruine Stetson op haar krullende rode haar en een onmiskenbare krentenbol in haar hand. "Wat is hier aan de hand?" vroeg ze, haar stem door de ruimte galmend.


"De eieren zijn weg!" herhaalde Trude, ongeduldig trappelend met haar voeten.

Inspecteur Dubois bewoog zich door de ruimte, een wervelwind van onvoorspelbaarheid achterlatend. Een stapel dossiers viel om, een koffiemok begon gevaarlijk te tollen op een bureau, en een bureaustoel rolde met een dreun tegen de muur. De chaos rondom Ingrid Dubois was legendarisch, en de criminelen in de stad beefden al bij de gedachte aan haar.

"Commissaris," begon ze, haar aandacht volledig op de zaak gericht, "als u het goedvindt, neem ik deze zaak op me. We gaan de eieren vinden."


De kinderen barstten in gejuich uit. Commissaris Van den Gevallenen, hoewel diep van binnen lichtelijk geërgerd door de onvermijdelijke chaos die zou volgen, knikte instemmend. Ingrid, ondanks haar excentrieke methoden, was een aanwinst voor het bureau.


Bij de achterdeur van het politiebureau bleef Ingrid staan, haar vergrootglas concentreerd op het deurkozijn. Ze inspecteerde de details, alsof er een misdadiger met een voorliefde voor paaseieren was ingebroken.


Ze keek op naar Trude. "Hoeveel eieren zijn we kwijt?"


"Tweehonderd!" antwoordde Trude, stuiterend van ongeduld.


Ingrid liet haar blik over de kinderen dwalen. "Trude," zei ze, haar ogen twinkend, "Ik denk dat wij hier de beste eierzoekers ter wereld hebben."


"Wie dan?" vroeg een klein, roodharig meisje, haar ogen vol hoop.


"Jullie!" zei Ingrid tegen het meisje. "Hoe heet jij?"


"Ingrid," antwoordde het meisje verlegen.


Trude lachte. "Net als de inspecteur! Dat betekent dat jij vandaag de baas eieren zoeken bent!"


Met een brede grijns opende Ingrid de deur naar de tuin van het politiebureau. "Inspecteur Ingrid Junior, uw troepen wachten!"


Het kleine roodharige meisje kreeg een vergrootglas, een veel te grote bruine Stetson en een beige regenjas van Ingrid Dubois en ontpopte zich onmiddellijk tot een geboren leider. Ze gaf orders, stelde vragen en leidde de kinderen met een vastberadenheid die haar grote naamgenoot waardig was.


Twee en een half uur lang zochten de kinderen op de meest onwaarschijnlijke plaatsen - in bloempotten, achter beelden, zelfs in de vuilnisbakken (schoon uiteraard) - geleid door de scherpe speurneus van Inspecteur Ingrid Junior. Uiteindelijk werden alle tweehonderd eieren gevonden, en het paasfeest kon eindelijk beginnen.


De kleine Ingrid stond trots naast haar grote voorbeeld, Inspecteur Ingrid Dubois, en Ingrids onvermijdelijke, maar perfect onderhouden Ford Sierra uit 1987.


De kleine roodharige Ingrid keek op naar de Inspecteur, haar ogen vol bewondering "De eieren zijn gevonden! En als ik groot ben, kom ik u helpen!"


Inspecteur Dubois pakte haar kleine handje vast en knikte. "Jij wordt een heel goede inspecteur," zei Ingrid, waardoor haar kleine naamgenoot trots bloosde.


Trude, die de eieren heimelijk had verstopt om de kinderen een leuke activiteit te geven, stond er even trots bij. Evenals de commissaris, die de scène met een zachte glimlach bekeek. Het was een opzetje, maar wel een opzetje voor de kinderen.



 
 
 

Komentarze


bottom of page