top of page
Zoeken

De Sirenes van Gerechtigheid

  • Foto van schrijver: Kylian Verhalenverteller
    Kylian Verhalenverteller
  • 11 mei
  • 4 minuten om te lezen



Het politiebureau zoemde van de ochtendlijke bedrijvigheid. Agenten haastten zich heen en weer, dossiers werden geopend en weer gesloten, terwijl de geur van sterke koffie door de gangen golfde.

Midden in deze georganiseerde chaos, wandelde Ingrid (Inge) Dubois, een wervelwind van rood krullend haar en doortastendheid. Haar lange beige regenjas wapperde achter haar, terwijl de beige Stetson op haar hoofd leek te balanceren op een wolk van pure energie. Een vergrootglas bungelde aan een koord in haar gehandschoende hand, haar vaste krentenbol met dikke plakken kaas was ze naar binnen aan het werken.


Achter Inge, zoals altijd, liep Trude von Jugend. De jonge assistente, gekleed in haar vertrouwde leren jas en gele shirt, vormde een scherp contrast met Inges chaotische aanwezigheid. Trude was een en al efficiƫntie, een behendige ninja die spontaan vallende koffiemokken en wegwaaiende documenten opving, terwijl ze Inges tornado van activiteit volgde.


"Ze heeft het weer gedaan," grijnsde Hakim de Groot, de excentrieke schouwarts, terwijl hij bij Commissaris Greta van den Gevallenen in haar kantoor stond. Hij droeg zijn gebruikelijke rode fez en een groen corduroy pak met een groene vlinderdas. "De zaak van de gestolen flipperkastballen is opgelost. En dat door de inzet van een elastiekje, een paperclip en een katapult uit een kinder surprise ei!"


Greta knikte, een kleine glimlach speelde om haar lippen. Ingrid Dubois was een "pain in the butt," dat was een feit. Maar ze was ook een briljante rechercheur, een onvoorspelbare kracht die meer zaken oploste dan de rest van het team samen. En Greta, diep van binnen, mocht Inge wel. Ze zou het nooit hardop toegeven, maar Inges excentrieke charme en onwrikbare rechtvaardigheidsgevoel raakten haar. Ook Trude beschouwde ze bijna als een dochter.


De deur zwaaide open en een lange, knappe militair betrad het kantoor. Zijn donkerblonde haar was kort geknipt, zijn postuur strak en gespierd. Het was Lucas, Luitenant-kolonel bij de marechaussee. Zijn team zou samenwerken met dat van Greta.


De chaos in de recherchekamer leek even te verstommen toen Lucas binnenkwam. Het was alsof een kalmerende golf over de ruimte spoelde. Lucas had een manier om Inges wildheid te temperen, haar energie in de juiste richting te sturen. En als Lucas in de buurt was, presteerde Ingrid nog beter.


Lucas gaf Greta een stevige handdruk. "Commissaris van den Gevallenen, het is een eer om met u samen te werken." Zijn blik viel op Ingrid, en een warme glimlach verscheen op zijn gezicht. "Inge."


"Lucas," antwoordde Ingrid, haar ogen fonkelden. Ze verstopte haar vergrootglas in haar jaszak. De aantrekkingskracht tussen de twee was voelbaar, een stille belofte van een diepe en liefdevolle verbinding. Hun relatie was de ultieme balans: Inges explosieve energie werd getemperd door Lucas' onverstoorbare kalmte, en zijn rust werd op zijn beurt opgeschud door haar brutale directheid.


Op dat moment kwam Martin van Genlogen, Trudes vriendje, binnen. Hij was een loodgieter en had die dag de taak om de verstopt geraakte toiletten van het bureau te ontstoppen. Zijn donkere haar en bruingroene ogen keken bezorgd. Martin had een bijzondere band met Trude. Zijn praktische vaardigheden en nuchtere blik op de wereld vormde het perfecte tegenwicht voor haar avontuurlijke geest. Martin voelde zich aangetrokken tot haar vastberadenheid en atletische vermogen.


De rust werd abrupt verbroken door een luidruchtig alarm. Een melding van een opstootje bij het winkelcentrum, veroorzaakt door figuren uit de onderwereld die dachten het gebied over te kunnen nemen.


"Dit is iets voor ons," zei Ingrid, haar ogen flitsten. Ze greep haar jas en haastte zich naar buiten. Trude volgde op de voet, klaar om in te grijpen waar nodig.


In plaats van twee snelle auto's scheurden er nu drie brullende bolides met blauwe zwaailichten en loeiende sirenes van de politiebureel-parkeerplaats af. Trude in haar roestige, maar perfect onderhouden metallic groene Ford Fiesta XR2i uit 1984. Ingrid in haar Ford Sierra uit 1987, een wrak dat desondanks een bloedsnelle machine was. En als laatste Lucas in zijn donkerblauwe Volvo stationcar, een wolf in schaapskleren met een brute zescilinder motor onder de motorkap.


Greta zuchtte opgelucht. "Dat gaat goedkomen." Alleen al de gedachte aan deze drie samen op pad gaf haar een gevoel van zekerheid.


De relschoppers bij het winkelcentrum verstijfden toen ze de sirenes hoorden naderen. Eerst het schelle geluid van Trudes Fiesta, gevolgd door het doordringende gehuil van Ingrids Sierra. En toen, het dreigende, diepe geloei van Lucas' Volvo.


Trude was al een legende in wording in de onderwereld. Haar vechtkunsten en onverschrokkenheid waren berucht. De smokkelaars beefden bij het horen van de dreigende sirene van Lucas' Volvo. Maar Ingrid… de naam alleen al bezorgde de meest geharde criminelen de bibberzenuwen. Ze rilden en beefden bij de herinnering aan haar onvoorspelbaarheid en haar onverbiddelijke jacht.


De relschoppers probeerden nog te vluchten, maar het was te laat. Trude zette haar Fiesta dwars voor de uitgang van de parkeergarage, terwijl Ingrid met haar Sierra over de stoeprand knalde en een paar vuilnisbakken omver kegelde. Lucas parkeerde zijn Volvo strategisch achter de twee auto's, waardoor een ontsnappingsroute werd afgesneden.

Ingrid stapte uit haar auto, haar Stetson diep over haar ogen getrokken. Ze nam een hap van haar krentenbol met kaas. De criminelen keken angstig toe, wetende dat er geen ontkomen aan was.


Trude stond klaar, haar ogen gefixeerd op de menigte. Haar perfecte beheersing van martial arts maakte haar een geduchte tegenstander.


Lucas straalde een rust uit die tegelijkertijd geruststellend en intimiderend was. Hij stond met gekruiste armen en observeerde de situatie, klaar om in te grijpen indien nodig.


De onderwereld figuren wisten dat ze verloren hadden. Ze waren bang, niet alleen voor Lucas' macht en Trudes opkomende legende, maar vooral voor de gedachte aan Ingrid. Alleen al de wetenschap dat ze in de buurt was, bezorgde hen een oncontroleerbare angst.

Ingrid knikte naar Trude en Lucas. "Laten we ze eens een lesje leren."


De Sirenes van Gerechtigheid hadden hun prooi gevonden. En de onderwereld zou die dag leren dat gerechtigheid soms onvoorspelbaar, soms angstaanjagend en altijd onverbiddelijk is. De krentenbol met kaas, de roestige Fiesta, de bloedsnelle Volvo – ze waren allemaal onderdeel van een symfonie van rechtvaardigheid, een symfonie waar de onderwereld nachtmerries van zou krijgen.


Ā 
Ā 
Ā 

Comments


bottom of page